Tegenwoordig is er in de wereld van de militaire luchtvaart geen tekort aan Frans-Duitse projecten. Naast de oprichting van een bilateraal squadron uitgerust met C-130J Super Hercules of het ontwerp van het SCAF (future air fight system), slaan Parijs en Berlijn de komende jaren ook de handen ineen voor het ontwerp en de ontwikkeling van een radar gespecialiseerd in luchttoezicht vanuit de lucht.
Eind juni 2019 kwam een Frans-Duits team bijeen op luchtmachtbasis 120 van Cazaux als onderdeel van het ASGARD-project, voor Advanced Surveillance next Generation Airborne Radar Demonstrator), dat tot doel heeft een Europese radardemonstrator te ontwikkelen.
Volgens onze informatie moet deze radardemonstrator drie belangrijke kenmerken bevatten. De eerste is die van modulariteit. Het is de bedoeling om deze nieuwe technologie te implementeren op antennes van verschillende afmetingen en die kunnen worden geïmplementeerd door ‘remote carriers’ (hybride vliegtuigen halverwege tussen een drone en een raket) of grotere vliegtuigen, van gevechtsvliegtuigen tot vliegtuigen voor vroegtijdige waarschuwing. Om dit mogelijk te maken zijn er in deze fase van de voortgang van het programma twee antennes gepland voor de demonstrator, één van 1 meter en een tweede van 2,5 meter.
Het tweede kenmerk is dat van het bistatisme. Met dit in gedachten zullen twee afzonderlijke dragers een zendantenne voor de ene en een ontvangstantenne voor de andere hebben. Dit zou het met name mogelijk moeten maken om de detectie van zowel sluipende als zeer kleine doelen (drones, “remote carriers”, raketten, enz.) te verbeteren. Als onderdeel van de ontwikkeling en het testen van deze mogelijkheid zullen Frankrijk en het Directoraat-Generaal van Bewapening, met de ABE NG (nieuwe generatie testbankvliegtuig), een Fokker 100, de grootste van de twee antennes tijdens de vlucht testen.
Het derde en laatste kenmerk, ten slotte, is dat van synchronisatie. De radardemonstrator zal worden uitgerust met een atoomklok die “de correcte datering van de informatie die tussen de zend- en ontvangstantennes wordt verzonden” mogelijk moet maken, terwijl GPS zoveel mogelijk moet worden vermeden. Dit idee is vandaag de dag bijzonder belangrijk in een context waarin strijdkrachten in toenemende mate worden geconfronteerd met het weigeren van toegang en het blokkeren van hun GPS-systemen door tegengestelde strijdkrachten, zowel in operatiegebieden als zelfs tijdens grote internationale oefeningen.“Drietandverbinding 18”bijvoorbeeld).
In Frankrijk brengt dit project THALES DMS (Defense Mission Systems) en het Directoraat-Generaal van Bewapening (DGA) samen met talrijke expertise- en testcentra, waaronder de Future Systems Preparation and Architecture Service (SPSA), de Mission and Support Aircraft Management Unit ( UM AMS) evenals de DGA Project Engineering (IP), Flight Tests (EV) en Information Management (MI). Over de grens draagt Duitsland zijn expertise bij met het Federale Bureau voor Uitrusting, Informatietechnologie en In-Service Ondersteuning van de Bundeswehr (BAAINBw), het bedrijf Industrieanlagen-Betriebsgesellschaft mbH (IABG), gespecialiseerd in analyse- en testtechniek, en met HENSOLDT, een bedrijf gespecialiseerd in militaire elektronica.
Na deze eerste bijeenkomst in Frankrijk moet er in september 2019 een tweede plaatsvinden in Duitsland. Het moet het mogelijk maken om de belangrijkste documenten van dit ASGARD-project af te ronden om vervolgens de ontwikkeling en experimenten van deze nieuwe technologie te lanceren.
Loïc Lauze
Luchtvaartspecialist Frankrijk